21-04-2015, 22:56
‘Privatisering Proximus zou sociale onrust veroorzaken’
21/04/2015
CEO Dominique Leroy wil het overheidsbelang in Proximus op korte termijn niet zien dalen onder de vijftig procent. Dat heeft ze dinsdag meermaals benadrukt in de Kamercommissie Infrastructuur. ‘Het is moeilijk in te zien welk voordeel dat zou opleveren’, zei ook voorzitter Stefaan De Clerck.
Het federaal regeerakkoord voorziet een herziening van de ‘wet van 1991’ die Proximus en de andere grote overheidsbedrijven specifieke regels oplegt. Proximus is vragende partij voor een modernisering van bepaalde punten, zoals de al jaren omzeilde verplichting tot statutaire aanwervingen of de bevoegdheden van het paritair comité.
Maar ook het vereiste meerderheidsbelang van de overheid zit gebetonneerd in de wet. Op korte termijn wil de Proximus-top dat duidelijk behouden, al sloot Dominique Leroy niet uit dat een blokkeringsminderheid op langere termijn ook zou kunnen werken. Op dit moment wil Leroy vooral een ’stabiele aandeelhouder’ voor investeringen op lange termijn en om haar groeiplan voor Proximus te kunnen doorvoeren. Ze vreest de sociale onrust die een privatisering zou creëren. Dat zou enorm veel tijd en energie opslorpen, waardoor het overheidsbedrijf zich niet zou kunnen focussen op de voortdurende veranderingen en snelle ontwikkelingen in de internetsector, argumenteerde ze.
Personeelskosten naar omlaag
Voorzitter Stefaan De Clerck zit helemaal op dezelfde lijn. Hij wees op de 1,7 miljard euro inkomsten die de staat jaarlijks binnenrijft via Proximus, op de strategische rol voor de Belgische economie en op de 14.200 jobs die het bedrijf vandaag oplevert. ‘De regering heeft uiteraard het recht om een andere beslissing te nemen, maar onze mening is duidelijk’, aldus De Clerck.
’De aandeelhouder moet weten wat hij wil’, waarschuwde Leroy nog. Ze wees daarbij op de strategische rol van een goed uitgebouwde digitale infrastructuur voor de economie, maar haalde ook het voorbeeld aan van de multinational Altice, die her en der operatoren opkoopt en personeel ontslaat, volgens haar louter om snel winst te maken.
Ook Leroy wil de personeelskosten naar omlaag, maar niet door massaal mensen op straat te zetten. Vorig jaar waren de personeelskosten bij Proximus nog goed voor 33 procent van het totaal, terwijl dat bij andere Europese spelers gemiddeld 24 procent is. De helft van die kloof wil Leroy dichten tegen 2018. De geplande indexsprong helpt alvast om de kost op jaarbasis met 25 miljoen euro te drukken, merkte ze op.
Of privatisering misschien niet meer kansen zou bieden om de personeelskosten te drukken? Op basis van de ervaringen van luchthavenexploitant BIAC toonde Leroy zich allerminst overtuigd. ’Ik zie op korte termijn geen kostenvoordeel’, klonk het. Privatiseren is evenmin nodig om beter te kunnen inspelen op een Europese overname- en consolidatiegolf in de telecomsector, want die is er volgens haar simpelweg niet. ’Er is veel beweging in Europa, maar het gaat vooral om bedrijven die zich terugplooien op hun eigen land’, besloot ze.
21/04/2015
CEO Dominique Leroy wil het overheidsbelang in Proximus op korte termijn niet zien dalen onder de vijftig procent. Dat heeft ze dinsdag meermaals benadrukt in de Kamercommissie Infrastructuur. ‘Het is moeilijk in te zien welk voordeel dat zou opleveren’, zei ook voorzitter Stefaan De Clerck.
Het federaal regeerakkoord voorziet een herziening van de ‘wet van 1991’ die Proximus en de andere grote overheidsbedrijven specifieke regels oplegt. Proximus is vragende partij voor een modernisering van bepaalde punten, zoals de al jaren omzeilde verplichting tot statutaire aanwervingen of de bevoegdheden van het paritair comité.
Maar ook het vereiste meerderheidsbelang van de overheid zit gebetonneerd in de wet. Op korte termijn wil de Proximus-top dat duidelijk behouden, al sloot Dominique Leroy niet uit dat een blokkeringsminderheid op langere termijn ook zou kunnen werken. Op dit moment wil Leroy vooral een ’stabiele aandeelhouder’ voor investeringen op lange termijn en om haar groeiplan voor Proximus te kunnen doorvoeren. Ze vreest de sociale onrust die een privatisering zou creëren. Dat zou enorm veel tijd en energie opslorpen, waardoor het overheidsbedrijf zich niet zou kunnen focussen op de voortdurende veranderingen en snelle ontwikkelingen in de internetsector, argumenteerde ze.
Personeelskosten naar omlaag
Voorzitter Stefaan De Clerck zit helemaal op dezelfde lijn. Hij wees op de 1,7 miljard euro inkomsten die de staat jaarlijks binnenrijft via Proximus, op de strategische rol voor de Belgische economie en op de 14.200 jobs die het bedrijf vandaag oplevert. ‘De regering heeft uiteraard het recht om een andere beslissing te nemen, maar onze mening is duidelijk’, aldus De Clerck.
’De aandeelhouder moet weten wat hij wil’, waarschuwde Leroy nog. Ze wees daarbij op de strategische rol van een goed uitgebouwde digitale infrastructuur voor de economie, maar haalde ook het voorbeeld aan van de multinational Altice, die her en der operatoren opkoopt en personeel ontslaat, volgens haar louter om snel winst te maken.
Ook Leroy wil de personeelskosten naar omlaag, maar niet door massaal mensen op straat te zetten. Vorig jaar waren de personeelskosten bij Proximus nog goed voor 33 procent van het totaal, terwijl dat bij andere Europese spelers gemiddeld 24 procent is. De helft van die kloof wil Leroy dichten tegen 2018. De geplande indexsprong helpt alvast om de kost op jaarbasis met 25 miljoen euro te drukken, merkte ze op.
Of privatisering misschien niet meer kansen zou bieden om de personeelskosten te drukken? Op basis van de ervaringen van luchthavenexploitant BIAC toonde Leroy zich allerminst overtuigd. ’Ik zie op korte termijn geen kostenvoordeel’, klonk het. Privatiseren is evenmin nodig om beter te kunnen inspelen op een Europese overname- en consolidatiegolf in de telecomsector, want die is er volgens haar simpelweg niet. ’Er is veel beweging in Europa, maar het gaat vooral om bedrijven die zich terugplooien op hun eigen land’, besloot ze.